Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR)
Inleiding
De gemeente moet ervoor zorgen dat de openbare ruimte wordt onderhouden. Dit draagt bij aan de veiligheid en het welzijn (en hiermee ook aan de mate van tevredenheid) van de inwoners. Goed onderhoud en tijdige vervanging van materialen bespaart bovendien geld.
Klein en groot onderhoud
Beheer van de openbare ruimte betreft zowel dagelijks operationele werkzaamheden als tactische en strategische werkzaamheden. Dagelijks onderhoud betreft maaien, vegen, schoffelen, snoeien en kleine herstelwerkzaamheden van bijvoorbeeld de verharding. Bij tactisch en strategisch werkzaamheden gaat het om de meerjarenvervangingsplanning (projecten) en het groot onderhoud. Dit alles heeft als doel om een kwalitatief goede openbare ruimte te behouden. In de verdere toelichting op het Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR) richten we ons op het dagelijkse onderhoud.
In het verleden werd de openbare ruimte vooral onderhouden op basis van technische en rationele uitgangspunten, waarbij veelal per discipline (Wegen, Groen, Water enz.) een beheerplan bestond. De gebruikers van de openbare ruimte (bewoners, bezoekers etc.) ervaren de openbare ruimte echter niet per discipline, maar als één geheel. Het gaat daarbij veel meer om de belevingswaarde en de functionele kwaliteit. Hierbij spelen bijvoorbeeld aspecten als kwaliteit van de wegen een even grote rol als de aanwezigheid van zwerfvuil. Om aan deze integraliteit invulling te geven is de IBOR systematiek tot stand gekomen.
Verschillende gebieden
Om een goede structuur aan de openbare ruimte toe te kennen en gedifferentieerde keuzes te kunnen maken op het gebied van onderhoudskwaliteit wordt de openbare ruimte in functionele gebieden ingedeeld. Voorbeelden van dergelijke gebieden zijn het centrumgebied, de woonwijken, de bedrijventerreinen etc. Dergelijke gebieden verschillen onderling qua inrichting, beleving e.d. en kunnen vanuit die gedachte een ander niveau van onderhoud vragen.
De gemeente Olst-Wijhe hanteert de volgende functionele gebieden:
Kwaliteitsniveaus
In navolging op het ontstaan van de systematiek IBOR is door de landelijke organisatie CROW een kwaliteitscatalogus ontwikkeld voor de kwaliteit van de buitenruimte. In deze kwaliteitscatalogus zijn, voor alle in de openbare ruimte voorkomende objecten, schaalbalken gedefinieerd op verschillende kwaliteitsniveaus. Hierin worden de volgende kwaliteitsnormen omschreven:
A+ Zeer intensief beheerniveau: de buitenruimte wordt op een zeer hoog niveau onderhouden, waardoor er niets op aan te merken valt.
A Intensief beheerniveau: de buitenruimte wordt op een hoog niveau onderhouden, waardoor er weinig op aan te merken valt.
B Normaal beheerniveau: het gemiddelde (basis) beheerniveau, waar er hier en daar iets is aan te merken op de buitenruimte.
C Extensief beheerniveau: een laag beheerniveau, waarbij er regelmatig slechte plekken te zien zijn.
D Zeer extensief beheerniveau: een zeer laag beheerniveau, waarbij kapitaalvernietiging optreedt.
Als er sprake is van het kwaliteitsniveau ‘hoog’, dan mag men op basis hiervan relatief veel A+kwaliteit en Akwaliteit verwachten. Bij een ‘basis’ kwaliteit ligt het zwaartepunt op een B-niveau. In gebieden met ‘laag’ treft u overwegend C aan.
Een voorbeeld van deze beeldkwaliteit is te zien in onderstaande figuur, de schaalbalk van hagen:
Per beheercategorie worden aan de verschillende functionele gebieden kwaliteitsniveaus gehangen, wat resulteert in onderstaande schema voor de openbare ruimte van de gemeente Olst-Wijhe:
Documenttype
Overig